Pastel de nata: een makkelijk recept

Wie kent ze niet:  pastéis de nata, de heerlijke custardtaartjes die je bij elke pastelaria (banketbakker) in Portugal kunt krijgen?

Maar wat is het nou? Pastel de nata of pastéis de nata? En waarom hebben ze het ook over pastel de Belém en pastéis de Belém?

Pastel de nata

Het verschil tussen pastel en pastéis (spreek uit pastijz) is makkelijk te verklaren: pastel is enkelvoud, pastéis is meervoud. Eet je de pastel de nata (nata is trouwens room in het Portugees) in Belém, dan spreek je van een pastel de Belém. Belém is een wijk in Lissabon, aan de Taag. Leuk weetje: Belém betekent Bethlehem. In dit eeuwenoude stadsdeel van de Portugese hoofdstad heeft banketbakkerij Antiga Confeitaria de Belém (tegenwoordig Pastéis de Belém) de pastel de nata wereldfaam bezorgd. Busladingen toeristen worden tegenwoordig voor de deur afgezet. Mocht je de wanhoop nabij zijn als je de ellenlange rij ziet: niet panikeren! Loop gewoon langs de bezette tafeltjes naar achteren, richting de toiletten. Neem ondertussen even een kijkje in de keuken waar de pastéis gemaakt worden. Op een gegeven moment kom je bij een grote zaal waar je meestal binnen een paar minuten een tafeltje bemachtigt. En voor je het weet heb je zo’n knisperige, én nog warme, pastel voor je neus. Smullen maar!

Pastéis de Belém

Ik ben dol op pastéis de nata. Je kunt me er wakker voor maken. In Caldas da Rainha weet ik feilloos de beste pastéis de nata-zaken te vinden. Verrassend genoeg zit een van mijn favoriete pastéis de nata-zaken tegenwoordig in de hipermercado Leclercq. Tegenover het witgoed is een snackbar waar ze een paar keer per dag verse pastéis de nata maken. Een verse pastel de nata vind ik een must. Na een dag is de buitenkant van een pastel vaak sompig, dus een oude pastel de nata werkt bij mij humeurbedervend. Op pastel de nata-gebied ben ik erg verwend: mijn vader reed vroeger elke morgen naar de bakker voor verse broodjes én halfwarme pastéis de nata. Dat ik niet kogelrond ben is een wonder.

Een pastel de nata is overigens goed thuis te maken. Het sausje voor de vulling heb je in een paar minuten klaar. Het afbakken duurt vervolgens een minuut of 20 à 25. Volg het recept en in een handomdraai zet je de lekkerste pastéis de nata op tafel.

Pastel de nata zelf maken

Je kunt natuurlijk een espresso bij je pastel de nata nemen. Maar waarom niet eens citroenthee? Mijn tante maakt voor gasten altijd verse citroenthee. Ze haalt een citroen en snijdt dunne reepjes van de schil. Het geheim zit in het woord ‘dun’. Hoe dikker je de schil snijdt, des te minder lekker de thee. Vervolgens legt ze de dunne reepjes citroenschil in een theepot of een theeglas. Ze giet kokend water erop en wacht totdat het geel kleurt. De geur die ondertussen opstijgt is heerlijk. Naast gezond is citroenthee gewoon  lekker. En verrassend genoeg, weinig bitter.

Chá de limão, citroenthee

Recept voor vier kleine pastéis de nata

25 gr vanillesuiker
2 vanillestokjes
1 dl (100 ml) slagroom
2 eidooiers + 1 voor het bestrijken bladerdeeg
citroen (citroenrasp driekwart schil)
1 vel ontdooid bladerdeeg

Eventueel: poedersuiker en kaneel om over de pastéis de nata te strooien

En verder: oven, muffinvormpjes (siliconenvormpjes zijn handig, want die hoef je niet in te vetten), steelpan, garde, scherp mes, citroenrasp

Verwarm de oven op 220 graden.

Pastel de nata maken

Pastel de nata

Meng de eidooiers, de slagroom, vanillesuiker, citroenrasp en de inhoud van het vanillestokje (stokje met scherp mes insnijden en merg eruit raspen) in een steelpan op laag vuur. Blijf roeren met je garde totdat er een saus zo dik als vla ontstaat. Zet het vuur uit en laat afkoelen.

Pastel de nata maken
Ik gebruik graag siliconenvormpjes. Na het bakken komen de pastéis er snel en mooi uit.

Snijd het ontdooide vel bladerdeeg in vier gelijke delen. Rek de delen iets uit, zodat ze groter en dunner worden. Bekleed de muffinvormpjes met het bladerdeeg. Ik leg ze altijd in het midden en druk ze met mijn duimen langs de kant verder omhoog. De randen probeer ik iets dikker te maken. Als je een ei over hebt, kun je met een beetje eigeel de randen mooi insmeren. Dan wordt het bladerdeeg goudgeler bij het afbakken.

Pastel de nata maken

Vul de muffinvormpjes tot iets onder de rand. Maak ze niet te vol. De saus zwelt in de oven op en het is niet de bedoeling dat de saus over de rand komt en gaat lekken.

Zet de pastéis in de voorverwarmde oven. Na zo’n minuut of twintig zie je ze goudgeel worden. Bij mij zijn ze rond de 23 à 25 minuten écht het mooist. Dan haal ik ze eruit, laat ze een beetje afkoelen en zet ik ze te pronken op een mooie schaal. Of ik serveer de pastéis de nata als toetje met een bolletje vanille- of slagroomijs. In Portugal strooien ze poedersuiker en kaneel over de pastéis. Zelf houd ik het bij een beetje kaneel.

Natuurlijk: in een Portugese pastelaria zijn de pastéis de nata het allerlekkerst, maar jouw pastéis de nata doen vast ook verlangen naar meer!

Pastel de nata zelf maken

3 reacties Voeg uw reactie toe

  1. wim van hoof schreef:

    kan hier ook echt geen genoeg van krijgen, maar dat is van het eten in Portugal in het algemeen zo ongeveer overal van toepassing, ben bijna 5 kilo zwaarder teruggekomen na de zomervakantie. mmmmm heerlijk toch.

    Like

Plaats een reactie