De Hollandse Emília de Portugal

Hoe noem je zoiets? Bijvangst? Vandaag tot mijn stomme verbazing ontdekt dat er in de 17e eeuw een link tussen het Nederlandse en Portugese koningshuis is geweest. En dat geheel toevallig, want we gingen eigenlijk alleen naar de Pieter de Hooch tentoonstelling in Museum Prinsenhof (Delft).

Bij binnenkomst, tegenwoordig via de Waalse kerk, struikel je zowat over een enorm graf. Mijn oog valt op het wapenschild. Hé, zie ik daar het Portugese wapenschild met de zeven kastelen en vijf schilden?

De zeven kastelen staan symbool voor de kastelen die de Portugese koning Alfonso III heeft moeten veroveren op de Moren. Over de schilden lopen de meningen uiteen: symboliseren die de vijf Moorse koningen die bij de mythische veldslag van de Batalha de Ourique omkwamen? Of zijn de schilden op het Portugese wapen gekomen om de mensen er blijvend aan te herinneren dat Christus aan de eerste Portugese koning, Dom Alfonso Henriques, is verschenen om hem victorie te beloven? De vijf schilden staan dan symbool voor de vijf wonden van Christus aan het kruis. Via de mondelinge overlevering wist ik van de laatste symboliek, waarschijnlijk omdat mijn vader dit zo op school geleerd had en het ons heeft verteld. Dat van die Moorse koningen was mij onbekend. Hoe dan ook: ik herkende het wapenschild van Portugal meteen daar in een protestantse kerk in Delft. En dacht: “Wat doet dit schild hier?”

Ik lees bij het bord bij dit graf dat deze enorme grafsteen behoort aan Manuel II de Portugal, zoon van Emília van Nassau en Manuel de Portugal. Interessant!

Emília de Portugal

Aardig die tentoonstelling met werk van Pieter de Hooch, maar hoe zit het nou met Manuel I en II en wie is Emília?

Maar eerst natuurlijk naar de Pieter de Hooch tentoonstelling! En daarna rap doorlopen naar het oorspronkelijke gedeelte van het museum om het verhaal van Hollandse Emília en Portugese Manuel op te zoeken!

Ontroerend tafereel op een van de schilderijen van Pieter de Hooch: een moeder ontdoet haar dochtertje van luizen.
In mijn vorige post, over Amália Rodrigues, heb ik het over wasvrouwen die hun was doen in de rivier Mondego, nabij Coimbra, om de was vervolgens te laten bleken op de grond. Hier zien we dat het in Delft niet anders ging.

In dit andere deel van het klooster en latere woonhuis van de stamhouder van ons koningshuis lees je in bijna Jip-en-Janneke taal dat de derde dochter, die Willem van Oranje met Anna van Saksen in 1569 kreeg, Emília heette. De moeder van Emília begint kort na de geboorte van deze dochter een buitenechtelijke relatie met de vader van de schilder Rubens. Groot schandaal, natuurlijk. Het gevolg : de kinderen worden Anna ontnomen en groeien op zonder moeder.

Als volwassen vrouw, al ver boven de twintig, treedt Emília als gastvrouw op aan het hof van haar broer, Maurits. Blijkbaar is het vinden van een man een moeilijke zaak, want ze is al achtentwintig als ze aan dit hof ene Manuel – een Portugese prins – ontmoet, op wie ze hartstochtelijk verliefd wordt (niet mijn woorden, hoor, maar die van het museum!).

De vader van Manuel is maar kort koning geweest en Manuel ontleent daar rechten aan om aanspraak te maken op de Portugese troon. Maar hij is bankroet en Maurits ziet een liaison tussen zijn zus en deze armoedzaaier uit het zuiden van Europa, die bovendien ook nog eens katholiek is, niet zitten.

Toch trouwen ze in 1597 in het geheim. Een katholieke priester is niet te beroerd om het verliefde stel in de echt te verbinden. Broer Maurits is not amused en geeft zuslief huisarrest, maar ze weet weg te vluchten naar haar Portugese echtgenoot, die ongetwijfeld hunkerend, op haar in de Noordrijnse-Westfaalse stad Wesel heeft gewacht. Het verliefde stel heeft het nu wel flink verbruid. Broer Maurits wil ze niet meer zien. Ze zijn niet langer welkom aan het Hollandse hof.

Emília ondertekent haar brieven sierlijk met niet alleen Emília van Nassau, maar ook met ‘Prinses van Portugal’.

Het deert Emília en Manuel aanvankelijk niet: ze krijgen tien kinderen, van wie er acht blijven leven. Pas na tien lange jaren is het paar weer welkom aan het Hollandse hof. Toch loopt het liefdessprookje niet goed af: na de dood van stadhouder Maurits blijkt de erfenis erg tegen te vallen. Het paar heeft geldnood en had gehoopt op wat duiten. Manuel verkoopt daarom zijn rechten op de Portugese troon maar aan de Spanjaarden en loopt over naar de vijand van Maurits en Emília : de Spaanse koning. De eens zo liefhebbende echtgenoot vertrekt zonder zijn vrouw maar mét zonen naar Brussel om daar aan het katholieke Spaanse hof verder te leven. Emília trekt dit niet en verhuist naar Genève met haar dochters. Daar sterft ze in 1629. Ik kan me zo voorstellen dat ze zich enigszins gedesillusioneerd heeft gevoeld…

Manuel II de Portugal

De oudste zoon van Emília en Manuel, ook Manuel geheten, is zijn vader naar Brussel gevolgd. Toch eindigt hij in Delft, in een protestantse kerk. Hoe dat zo?

Manuel junior groeit aanvankelijk op als een protestants jongetje in Holland. Op volwassen leeftijd verhuist hij met zijn vader mee naar het katholieke Spaanse hof in Brussel. Een korte tijd schijnt hij daar een militaire loopbaan gevolgd te hebben, maar deze carrière eindigt abrupt. Manuel zoekt vervolgens zijn heil in een klooster en laat zich tot priester Felix wijden. Van 1628 tot 1633 leidt hij een kloosterleven dat hem kennelijk zo benauwt dat hij op de vlucht slaat en naar zijn ooms in Holland gaat. Op 15 januari 1634 zweert hij in de Waalse kerk het katholieke geloof af en wordt protestant. Oom Frederik Hendrik, die ondertussen in Holland aan de macht is, neemt deze half-Portugese neef op in zijn leger en blijkbaar is Manuel een ‘rising star’ want bij de lijkstoet van stadhouder Frederik Hendrik mag hij meelopen bij de belangrijke mensen.

In 1648 trouwt Manuel met een Delftse gravin, wat hem er niet van weerhoudt om een buitenechtelijk kind te verwekken aan wier moeder hij 300 florins per jaar moet betalen. Als hij op zesenzestigjarige leeftijd in 1666 sterft, zorgen zijn zussen ervoor dat hij begraven wordt in de protestantse kerk waar hij van zijn katholieke geloof viel. En bij dat graf heb ik vandaag gestaan. Wonderlijk hè?

Geen blogpost van Zin in Portugal meer missen? Vul je e-mailadres in bij de volgknop, dan ontvang je een volgend beeldverhaal meteen in je inbox!

Pedro en Inês, mijn favoriete liefdesverhaal

Nog een liefdesverhaal lezen? Lees dan over de Portugese koningszoon Pedro en de Spaanse hofdame Inês de Castro die in de enorme kerk van Alcobaça met de voeten naar elkaar begraven liggen in de hoop dat ze op de Dag des Oordeels elkaar weer in de ogen kunnen kijken!

Hoe zat het ook alweer met Pedro en Inês de Castro?

Ik vind dit een erg mooi portret van Emília. Nu weet ik dat schilders in andere tijden sterk de neiging hebben om de geportretteerden mooier voor te stellen dan zij in werkelijkheid waren. Maar als dit portret, dat tot de blijvende collectie van Museum Prinsenhof hoort, maar half op de werkelijkheid berust dan kan ik me levendig voorstellen dat een arme Portugese prins de kriebels krijgt (kijk eens naar dat zinnelijke roze mondje!). Zó ver van huis moet hij deze dame beslist een Instagramwaardig plaatje hebben gevonden!

Plaats een reactie