Vergeet Port, stap over op Ginja!

Als je van Lissabon naar het noorden over de A-8 richting Leiria rijdt, doemt na Bombarral aan de linkerkant Óbidos op.

DSC_0231 Dit idyllische vestingstadje tachtig kilometer boven de hoofdstad is een trekpleister van jewelste. Maar geen paniek, zodra je van de doorgaans drukke smalle hoofdstraat met souvenirwinkeltjes afwijkt, ben je de busladingen toeristen kwijt en waan je je in een verloren tijdperk. Je ziet de strijders rennen over de vestingwal, hun stadje verdedigend. Je ontdekt oude deuren en pareltjes van doorkijkjes. En in het warme seizoen zijn de huizen omlijst met bougainvilles. DSC_0211 Over de muur die Óbidos omringt, kun je tot de dag van vandaag lopen. Het pad is nog geen meter breed en kent geen beveiliging. Vreemd genoeg kan ik me niet herinneren dat er ooit iemand af is gevallen. Mensen blijven dicht tegen de muur. Heel verstandig! Overigens, de hele vestingmuur verkennen is niet aan te raden, tenzij je veel tijd hebt. Maar neem wel meteen na binnenkomst de trap omhoog en klim naar het uitkijkpunt. Vandaar heb je prachtig zicht op Óbidos. Een fotomomentje waardig. DSC_1080 Wonen in het vestingstadje zelf is in de winter niet altijd even prettig. Bij het maken van de huizen is voorheen veel zand uit de nabijgelegen lagune gebruikt. De grote haardvuren verdrijven de kou enigszins, maar schimmel viert hoogtij en verf bladdert van de muren. Daarom speelt het leven, net als in meer delen van Portugal, zich in de winter grotendeels buiten af. Zodra de zon schijnt, is men buiten, waar het vaak aanzienlijk warmer dan binnen is. DSC_0225 De geschiedenis vertelt dat al in de prehistorie mensen op deze plek hebben geleefd. In de twaalfde eeuw, tijdens de herovering van het Iberisch schiereiland op de Moren, heeft de eerste Portugese koning, Dom Afonso Henriques, vanuit het noorden vele plaatsen, waaronder Óbidos, kunnen bezetten. Tot op de dag van vandaag worden de inwoners van Óbidos ‘de Mollen’ genoemd. Vanuit de vestingstad op de heuvel zijn talloze gangen richting de omringende dalen gegraven. Het verhaal gaat dat in tijden van bezetting dit gangenstelsel voor de noodzakelijke bevoorrading van de stad heeft gezorgd. DSC_5665 Ook in het verleden was Óbidos een gewild stadje. Buitenlandse prinsessen die met Portugese kroonprinsen trouwden, kregen tot 1834 het stadje als bruidsschat cadeau. En ik kan me voorstellen waarom! DSC_5664 In het kasteel van Óbidos kun je tot vandaag de dag nog slapen. Het is omgevormd tot een Pousada, een sjiek hotel in een historische omgeving, zoals er wel meer in Portugal zijn. In het restaurant kun je koninklijk dineren met uitzicht op de binnenplaats of over de omgeving. DSC_5886 De laatste jaren maakt Óbidos ook naam om de ‘Ginja’. Een ‘ginja’ is een wat zure wilde kers die in juni wordt geoogst. De likeur die er van gemaakt wordt, smaakt als een godendrank, vooral in combinatie met chocola of goede (blauwader) kaas. Overal in het stadje kun je voor 1 euro een klein chocoladecupje gevuld met ‘Ginja’ kopen. Wil je ‘Ginja’ meenemen? Dat kan! Ginja is echter niet goedkoop. Goede brandewijn, noodzakelijk voor het maken van de likeur, en de geringe hoeveelheid ginja-kersen die elk jaar geplukt worden, maken dat een klein flesje al gauw tussen de 11 à 18 euro kost. Goedkopere ginja is gewoon van mindere kwaliteit, of is niet gemaakt van ‘ginja’. Ginja de Óbidos koop je in Óbidos, in de supermarkten of op de vliegvelden. Boeren in de omgeving produceren vaak zelf ‘ginja’. Ik weet wie elk jaar met liefde een top-ginja van goede brandewijn, echte ginja’s en kruiden maakt. Een van die flesjes met dit godendrankje staat voor mijn neus. Ik neem zo een glaasje Ginja. À sua saúde! Proost! DSC_3036


Looking for the English version? Click here

 

Ginja de Obidos:
Oppidum
Mariquinhas
Vila das Rainhas

Festivals in Obidos:
Maart: Festival Internacional de Chocolate
Pasen: Semana Santa
Zomers: Semana internacional de Piano
Eind juli/begin augustus: Mercado Medieval (middeleeuwse markt)
Kerst: Óbidos Vila Natal

Copyright text and photos: Esa CaldasObidos 02 DSC00544

2 reacties Voeg uw reactie toe

  1. Michelle schreef:

    Deze wilde kers heet een morel. De bar waar de Ginja likeur is begonnen in Obidos, is de bar van mijn neef Antonio Nobre (toen in andere handen), Hij heeft de bar al meer dan 40 jaar. Zijn ginja-likeur is niet in de winkels te koop alleen in de bar. Het is van eigen pluk en eigen uniek recept. De bar heet IBN Errik Rex en zit in de hoofdstraat bijna aan het eind aan de rechterkant. Verder serveert hij er geflambeerde chorizoworstjes, heerlijke lokale kaas en brood bij.

    Like

Plaats een reactie