Caro Maarten ’t Hart

Ik moest sterk aan het Portugese “Há males que vêm por bem” denken toen ik laatst een flinke vertraging had. Een geluk bij een ongeluk, laten we maar zeggen. Bij de balie van Rotterdam Airport arriveren en horen dat je een uurtje of vijf moet gaan zitten vegeteren, voordat je de lucht in gaat, is op zijn minst een kleine domper. Of in managementtermen: een uitdaging. Nee, een kans!

Een kans, want wat ga je in hemelsnaam al die tijd doen? In geen tijden meer een boek kunnen lezen, dus ja, een kans op urenlang ongestoord leesgenot. Zo maar in de schoot geworpen, doordat Transavia op een zonnige donderdag op Rotterdam The Hague Airport (wat is er trouwens mis met Zestienhoven?!) besluit mijn vlucht een flink paar uur te vertragen.

In feite moet ik niet moeilijk doen en gewoon zeggen ‘Obrigada Transavia voor deze onverwachte kans” ! – en als jullie rap de vergoeding, waar ik volgens de EU tegenwoordig recht op heb als een vertraging langer dan 3 uur duurt op mijn rekeningetje willen storten, ben ik helemaal wunschlos glücklich en wordt het een dubbel ‘Obrigada Transavia‘!

Dus ’n kans en snel naar de boekwinkel. Fijn dat daar altijd legio zelfhulpboeken liggen (alsof een mens meer zin in zo’n boek heeft naarmate hij de lucht ingaat). Gelukkig zijn uitgevers ook kien genoeg om de laatste titels van hun bekende schrijvers prominent neer te laten leggen en zo valt mijn oog al snel op uw laatste boek De Nachtstemmer. Graças a Deus!

Maar eerst heb ik maar een pizza gehaald, want van lezen met een lege maag wordt een mens niet vrolijker. Gelukkig schijnt de zon én ben ik ook nog eens in goed gezelschap: het bijzijn van het voltallige Feyenoordteam mag ik van mijn pizza genieten. Obrigada Feyenoord!

En dan begint het Grote Genieten: lekker lezen! Op bladzijde elf heeft u me al volledig te pakken door op te schrijven : “En wat een gedoe om daar mijn werk enigszins bevredigend uit te voeren. Maar ja, dat is ook het geval geweest in Porto en in Faro. Portugal – heerlijke wijnen, vorstelijke maaltijden met verrukkelijke bacalhau, dat wel, maar eens en nooit weer, want wat je daar aan orgels aantreft is bar slecht onderhouden, en derhalve ook niet meer goed te herstellen.” Lees ik daar een verwijzing naar mijn Portugal? Ik veer onmiddellijk op!

Ik heb mezelf alleen nooit kunnen betrappen op enig enthousiasme voor het werk van een orgelstemmer, maar toch heeft u me! En het wordt alleen maar beter! U voert een exotische schoonheid (weliswaar uit Brazilië) op die Portugees spreekt en de hoofdpersoon, een oer-Hollandse, saaie orgelstemmer (uw woorden, of beter die van uw Braziliaanse schone) wordt natuurlijk verliefd op zijn vrouw. Mijn man – oud-leraar Nederlands – zal later brommen: “Toch altijd wonderlijk die ontmoetingen van Maartens figuren met de mooiste vrouwen”. Maar ik ben een oude zwijmelaarster en wil meer! De dag na de vertraging heb ik me zelfs een klein half uur moeten verstoppen om De Nachtstemmer uit te kunnen lezen (terwijl ik eigenlijk braaf aan het plukken in de wijngaard had moeten zijn … – sorry, guys!).

Maar, lieve meneer ’t Hart, Portugal en het Portugees gaan me aan het hart. Dus kunt u misschien een zin aanpassen? Of ben ik nu heel erg vermetel door u dit te durven vragen?

Zo leuk dat de caldo verdes en zinnen uit een Portugese bijbel (e à escuridão, e às trevas, e à tempestade; e ao sonido da trombeta ) in ‘De Nachtstemmer‘ voorkomen. Echt, obrigada!

Maar ergens gaat u toch de mist in met de taal van mijn vader. U laat op bladzijde honderd achttien de ‘debiele’ dochter van de Braziliaanse schone naar de orgelstemmer, die zijn bord aan het aflikken is, roepen “Mamãe, mamãe, olha, ele está lambendo o preto dela”. En dat is toch écht “Mama, mama, kijk, hij is bezig met het likken van het zwart van haar”. Vergeef me de opmerking, meneer ’t Hart, maar volgens mij moet dit zijn: “Mamãe, mamãe, olha, ele está lambendo o PRATO DELE”, “Mama, mama, kijk, hij is bezig met ZIJN BORD af te likken”! Of zie ik het verkeerd en ben ik een te eenvoudige ziel? Is hij soms bezig haar af te likken? Nee, toch?!

En nu ik toch bezig ben: de bloedmooie Gracinha is een volbloed Braziliaanse. Die houden doorgaans van Bossa Nova en Samba! Portugese vrouwen zijn dol op Fado (como eu). Waarom deze saaie orgelstemmer bang laten zijn voor een vrouw die van Fado houdt? Deze vrouw houdt van hartstochtelijke Bossa Nova, Samba! Lijkt me een veel grotere verschrikking voor een orgelstemmer die wellicht niet al te los in de heupjes is.

Daarnaast, lieve meneer van ’t Hart: fijn dat u ook weet dat de liefde van de man door de maag gaat. Mocht u daarom eens in Den Haag zijn, dan weet ik een ieniemienie restaurantje waar een Portugese schone in de Kettingstraat op nummer 12 de lekkerste gerechten kookt. Ter plekke! Dus trek in bacalhau? Para matar saudades raad ik u de kookkunsten van knappe Luísa aan! Bovendien heeft ze humor, lees maar:

Trouw niet om schoonheid, maar omdat diegene kan koken, op een dag is de schoonheid over, maar je honger niet!

Beijinhos,

Esa, escritora deste humilde bloguezinho

Plaats een reactie