Buitenechtelijk kind, drie keer getrouwd, twee keer gescheiden, een van de eerste vrouwen die in Portugal aan een universitaire studie begon en jong een eind aan haar aardse bestaan maakte. In een notendop het leven van Florbela Espanca.
Een mooie boerin
In 1894 wordt Florbela uit een bijzondere verbintenis geboren. Haar vader, antiquair en fotograaf van beroep, is getrouwd met een rijke vrouw die geen kinderen kan krijgen. Ze bedenken een constructie waardoor er toch een kind komt: pa mag ‘schuiven’ met een mooie jonge boerenmeid die als dienstmeisje een betrekking heeft. Uit deze liaison wordt Florbela geboren. De wettige echtgenote van pa wordt vervolgens peettante. Iedereen blij…
Eerste huwelijk en eerste scheiding
In 1913 trouwt Florbela met een jongeman die ze op het lyceum heeft leren kennen. Als ze in 1917 aan een rechtenstudie op de universiteit begint, is ze een van de veertien meisjes tussen 347 jongens. Tijdens deze studietijd krijgt ze haar eerste neurose en publiceert ze haar eerste werk ‘Livro de Mágoas’. Binnen een mum van tijd is de eerste druk (200 exemplaren) uitverkocht. In 1920 stopt ze met haar studie. Al tijdens haar huwelijk is ze met een andere man gaan samenwonen.
Tweede huwelijk en tweede scheiding
Antonio Guimarães heet de gelukkige. Met hem woont ze afwisselend in Oporto en Lissabon. Toch redt ook dit huwelijk het niet. In 1924 gaat ze samenwonen met Mario Pereira Lage, een arts.
Derde en laatste huwelijk
Een officieel huwelijk volgt een jaar later, in 1925. In dat jaar overlijdt ook haar peettante, de vrouw van haar biologische vader (die al eerder gestorven is). Deze peettante laat al haar bezittingen aan haar petekind na.
Florbela kampt met depressies. Het jaar 1930 wordt gekenmerkt door twee zelfmoordpogingen van de dichteres. De laatste zelfmoordpoging dateert van vlak voor de publicatie van haar meesterwerk ‘Charneca em Flor’ (Hei in Bloei). Ze overleeft deze poging niet.
Mijn band met Florbela
Ik heb een aparte band met Florbela Espanca. Tijdens mijn studie in Portugal kon haar werk me meer bekoren dan het werk van Fernando Pessoa, waar we mee doodgegooid werden. Misschien ben ik beïnvloed door haar bijzondere levensverhaal, het is natuurlijk niet niks om in een tijdperk waarin scheiden taboe is maar liefst twee keer van man te wisselen! Maar nog meer komt mijn fascinatie voor Florbela door een toevallige ontmoeting met een foto van haar in een, hoe kan het ook anders, restaurant in Vila Viçosa. Op een bloedhete dag in juli waren we – jaren geleden – op zoek naar een plek om te lunchen. We hadden net het stadje Vila Viçosa verkend en onze magen rammelden. Een toevallige voorbijganger wist wel een klein restaurant. En zo zijn we terecht gekomen in een tentje dat Florbela Espanca heette (en dat nog steeds bestaat, heb ik net op Google gezien. Prima geluncht overigens!). Aan de muren oude foto’s en gedichten. Een dromerige jonge vrouw met donkere ogen heeft de hele lunch me aangekeken. Tja, dan ga je vanzelf de gedichten herlezen.
Toch heeft het nog even geduurd voordat ik me aan het vertalen van een paar gedichten heb gewaagd. Voor de liefhebbers hieronder de eerste in de reeks vertaalde gedichten van Florbela Espanca. Florbela, een bijzondere vrouw die slechts 36 jaar mocht worden.
A um moribundo
Não tenhas medo, não! Tranquilamente,
Como adormece a noite pelo Outono,
Fecha os teus olhos, simpels, docemente,
Como, à tarde, uma pomba que tem sono…
A cabeça reclina levemente
E os braços deixa-os ir ao abandono,
Como tombam, arfando, ao sol poente,
As asas de uma pomba que tem sono…
O que há depois? Depois?…O azul dos céus?
Um outro mundo? O eterno nada? Deus?
Um abismo? Um castigo? Uma guarida?
Que importa? Que te importa, ó moribundo?
– Seja o que for, será melhor que o mundo!
Tudo será melhor do que esta vida!…
Voor een stervende
Wees niet bevreesd, nee! Kalm,
Zoals de avond in de herfst langzaam valt,
Sluit je ogen, eenvoudig, zachtjes,
Zoals, in de middag, een duif in slaap sukkelt…Het hoofd buigt lichtjes
En laat de armen hangen,
Alsof ze naar beneden glijden bij een ondergaande zon,
Zoals de vleugels van een duif, die in slaap sukkelt…Wat volgt? Daarna? …Het blauw van de hemelen?
Een andere wereld? Het eeuwige niets? God?
Een afgrond? Een straf? Een toevluchtsoord?Wat maakt het uit? Wat maakt het jou uit, oh stervende?
-Wat het ook moge zijn, het is altijd beter dan deze wereld!
Alles is beter dan dit leven!…
Obrigada Esther Lankhaar voor de prachtige illustratie!
Prachtig, zowel jouw verhaal als het gedicht. Én de illustratie.
Bedankt.
LikeLike