Enerverend dagje Lissabon

Julga o ladrão que todos o são!, zegt een Portugees spreekwoord. Vrij vertaald: de dief rechtvaardigt zijn acties door te roepen dat iedereen een dief is.

Ik zal even ons laatste avontuur schetsen: we brengen nicht Esther vroeg in de ochend naar Lissabon en besluiten er een hoofdstedelijk dagje van te maken. Het is een uur of negen en we parkeren de auto onder het treinstation Gare do Oriente, niet ver van het vliegveld en dichtbij de metro. Traditiegetrouw starten we bijna elk bezoek aan Lissabon met een bezoekje aan dit deel van de hoofdstad, want in het winkelcentrum bij Gare do Oriente, Vasco da Gama, heb je op de bovenste verdieping een prima foodcourt met een terras met uitzicht over Parque das Nações én de rivier. Voor 3,75 euro ontbijten we in het zonnetje met een croissant ham/kaas, koffie en verse jus d’orange. En een dagje betaald parkeren valt hier ook nog te overzien.

Daarna flaneren we nog even langs het water in dit moderne en ruim opgezette deel van Lissabon. In de buurt van de vlaggenparade staat sinds kort een reusachtige (én fotogenieke) Iberische Lynx van plastic, opgebouwd door kunstenaar Bordalo II. Leuk om een foto van te maken.

Na een uurtje nemen we de metro, de rode lijn. Tot onze verrassing worden de kaartjes in de metro eens gecontroleerd. Vlakbij ons zit een kleine, kalende man, een zestiger. Hij vraagt de controleur of zijn kaartje de hele dag geldig is. Het valt me op dat hij met een Braziliaans accent spreekt, ‘een toerist uit Brazilië’ , denk ik nog.

Op metrostation Alameda stappen we over op de groene lijn, richting Baixa-Chiado, downtown Lissabon. Van de rode lijn naar de groene lijn is onder de grond een behoorlijk stuk lopen. Op het perron van de groene lijn zien we op lichtborden dat het een minuut of twee duurt voordat de metro komt. En we lezen de waarschuwing ‘be aware of pickpockets’. Ik haal mijn smartphone uit mijn tas, bekijk de foto’s die we in Parque das Nações hebben gemaakt en stap gedachteloos de inmiddels gearriveerde metro in met in mijn kielzog mijn man. Ten minste, dat dacht ik. Terwijl ik een hengsel grijp om me vast te houden, hoor ik een man in het Nederlands schreeuwen. Tot mijn werkelijk stomme verbazing zie ik mijn altijd beheerste lief een kleine, kalende man een enorme kledder geven. Huh? Wat gebeurt hier?!

Ondertussen gaat de piep van de deur, stapt mijn man in en zie ik iemand maken dat hij wegkomt. “Sorry dat ik zo primair reageerde, maar die kerel zat al met zijn tengels aan mijn portefeuille”, stamelt mijn man. Wat bleek: de zakkenroller is ons van de ene metrolijn naar de andere gevolgd en heeft kans gezien de druksluiting van de broek los te maken en dacht zijn slag te slaan tijdens het instappen.

We kunnen er niet over uit. Wat zou de dag anders zijn gelopen als we nu een portefeuille kwijt zouden zijn! Op de Praça Luis de Camões drinken we koffie met een heerlijke pastel de nata van A Manteigaria en daarna wandelen we naar beneden, naar de Taag, want vandaag hebben we een projectje: de plekken bezoeken die op twee oude ansichtkaarten staan. We willen deze nare ervaring in de metro gauw vergeten!

Onderweg lopen we langs de winkel van de beroemde tegelfabriek Fábrica Sant’Anna. Onlangs heeft deze fabriek nog in een bijlage van Trouw gestaan. Ons koninklijk huis en de Clintons schijnen hier wel eens tegeltableaus te bestellen. Binnen zie ik een tegel met het opschrift ‘Julga o ladrão que todos o são’. Hoe toepasselijk. Mijn man moppert nog ‘nu lopen we de hele dag met zo’n zware tegel in de tas door Lissabon’ , maar ik vind dit een mooie herinnering aan de goede afloop op een zonnige maandagmorgen in augustus.

Zoektocht

En ons projectje? We hebben veel plezier beleefd aan het vinden van de Largo Cantina de São Miguel (inmiddels Escadinhas de São Miguel geheten) en de Páteo Dom Fradique in de wijk Alfama.

De páteo Dom Fradique is flink veranderd, constateren we!
Op zoek naar de Largo da Cantina de São Miguel
En warempel!

Good karma!

We hebben sowieso erg veel mazzel deze dagen. Vorige week bleek mijn man zijn sleutelbos verloren te hebben. Overal gezocht, niet te vinden. Dan maar langs alle plekken waar hij is geweest en de hulp van de Heilige Antonius ingeroepen (“Heilige Antonius, goede vrind, zorgt U ervoor dat hij de sleutels vindt?”).

Maar niemand heeft een sleutelbos gevonden. Tegen negenen ’s avonds gaan we redelijk radeloos naar het politiebureau. En jawel: daar ligt de bos met het poezenpoppetje op ons te wachten. Van blijdschap vlieg ik oom agent bijna om zijn nek. En nee, ze hebben de naam van de aardige vinder niet, want het is te omslachtig om bij alle gevonden voorwerpen de vinder te noteren ( en terwijl de agent dit zegt, laat hij twee volle bakken met niet opgehaalde sleutels zien). Maar hé, we willen natuurlijk nog wel onze dankbaarheid tonen, dus we halen snel wat lekkers van de supermarkt (die gelukkig tot laat open is) en maken daarmee niet de vinder, maar in ieder geval wel de politieagenten die avonddienst draaien blij.

Mijn moeder zegt de volgende ochtend; “Heilige Antonius heeft zijn werk weer goed gedaan, onze huisvrind!” Ons geloof in deze heilige wordt met de dag rotsvaster, mam!

En wat doet het lot? Nou, dat heeft nog een mooie speling in petto. De volgende dag vindt mijn man op het marktplein een sleutelbos met huissleutels én sleutels van een Mercedes. Nu is het onze beurt : we hebben de sleutels bij het politiebureau ingeleverd én in de buurt van het marktplein overal rondgebazuind dat de gevonden sleutels bij het politiebureau liggen. En jawel hoor, ook deze sleutels zijn weer opgehaald. We scoren hiermee vast en zeker weer kredietpunten op de karmaladder van onze Heilige Antonius. Jippie!

Geen blogpost van Zin in Portugal meer missen? Vul dan je e-mailadres in bij de volgknop of like Zin in Portugal op Facebook!

Plaats een reactie