Wat doe je als je om 20.00 uur naar een wedstrijd van Benfica gaat en al om half vijf ’s middags met acht man sterk, onder wie een dame van 82, in Lissabon bent? Dan parkeer je de auto onder het gigantische winkelcentrum Colombo, naast het stadion van Benfica, en neem je twee taxi’s naar Príncipe Real in het centrum. Zo’n ritje kost 10 euro (en je mag met 4 passagiers in een taxi – wel mondkapje op, graag).
Het doel : een bezoek aan de Jardim Botánico da Universidade de Lisboa aan de Rua da Escola Politécnica 56, op een steenworp afstand van het lieflijke pleintje van Príncipe Real.
Over een wandeling door de buurt bij Príncipe Real – naast de al ruim bekende Bairro Alto – heb ik in mijn vorige blogpost ‘Dagje Lissabon‘ al geschreven. Omdat de mede-Lissabongangers dit beeldverhaal ook hebben gelezen en vooral de referentie naar het heerlijke chocolade-ijs is blijven hangen, beginnen we met zijn allen eerst bij het kleine café van Bettina&Niccolo Corallo aan de Rua da Escola Politécnica nummer 4. Het is nog 34 graden als we daar rond vijven arriveren. De taxi-chauffeur, zelf Benfiquista, is helemaal in zijn nopjes met vier Benfica – aanhangers in zijn wagen. “Mevrouw, toen ik u zag, dacht ik al, zo’n jurk, die dame móet voor Benfica zijn“. Ik heb inderdaad speciaal voor vanavond een roodwit geblokte jurk aangetrokken, die bij mijn man meer een Brigitte Bardot-associatie oproept dan een verwijzing naar een voetbalclub, maar zo zie je maar weer!
Als ik de taxichauffeur erop wijs dat er achterin, ingeklemd tussen twee Hollanders, een mevrouw zit met een roze Benficashirt, die 82 jaar geleden in Rotterdam het levenslicht zag, vliegt hij van blijdschap helemaal door het hectische verkeer van de Portugese hoofdstad en zijn we razendsnel bij Praça do Príncipe Real. Die heeft vanavond thuis wat te vertellen, denk ik 🙂.
De jongste van het gezelschap, Roosje, drentelt die middag in haar Benficatenue door de Portugese hoofdstad. Probeer maar eens met een blond meisje van acht, gekleed in het rode shirt en witte voetbalbroekje van Benfica, door de straten van Lissabon te lopen op een avond dat Benfica zelf speelt en 45.000 seizoenkaarthouders van plan zijn ook naar de wedstrijd te gaan. Echt, je hebt ineens een bizar veel vrienden!
Bij Bettina&Niccolo is de zaak meteen vol als we er binnenstappen. Het winkeltje met chocolade en koffie is gevestigd in een smalle pijpenla. Naar het verrukkelijke chocolade-ijs (4 euro per persoon) moet je écht vragen. Koffie en chocolade zijn er vanzelfsprekender. Het ijs wordt dan ter plekke voor je bereid. Dit keer nemen we naast chocolade-ijs ook één ijsje van chocoladepulp. Proefondervindelijk stellen we vast dat dat ijs wit is en een beetje een lichee smaak heeft, maar dat het chocolade-ijs toch meer de moeite waard is.



Omdat mijn moedertje niet goed ter been is en de Jardim Botánico da Universidade de Lisboa, erg geaccidenteerd, mag zij op het pleintje Praça do Príncipe Real, in haar roze Benficashirt, onder het bladerdek van een stokoude boom met enorme wortels verpozen. Als wij na drie kwartier weer voor haar neus staan en naar het stadion van Benfica willen, zegt ze: ‘Nu al? Jammer, de jongen met gitaar is net begonnen en speelt zo goed‘.

Jardim Botânico da Universidade de Lisboa
De Jardim Botánico de Lisboa, waar de onderstaande foto’s zijn genomen, is een tuin op wetenschappelijke basis die halverwege de negentiende eeuw is aangelegd.
Naast deze tuin, kan ik uit mijn hoofd zo nog de volgende tuinen in Lissabon opnoemen: Estufa fria , de tuin van Palácio da Ajuda, de Jardim da Estrela (gratis toegankelijk) en de Jardim Botánico Tropical (achter de pastéis de Belém in de wijk Belém – overigens Belém betekent Bethlehem in het Portugees).


In de Jardim Botánico da Universidade de Lisboa, de tuin die wij deze Benficamiddag bezoeken, vind je veel exotische planten en bomen. Ook is er een vlindertuin (zonder vlinders vandaag🙈).
Verwacht geen bloemenpracht in deze tuin, daarvoor moet je echt in andere tuinen zijn. Zo is de tuin bij het Palácio de Ajuda prachtig als de Jacaranda’s bloeien (eind mei /begin juni). Lissabon is sowieso mooi in die tijd, want op veel pleinen en in sommige straten kom je deze bomen tegen. De bloemen zijn paarsig en leveren mooie plaatjes op. Ook de openbare Jardim da Estrela tegenover de basiliek is de moeite waard. Lees het beeldverhaal Lissabon: tuin en basiliek in Estrela er maar op na! En natuurlijk de overdekte Estufa Fria, op de top van Parque Eduardo VII, bij de Marquês de Pombal.
De keuze om in 1893 op de plek, waar nu de Jardim Botánico da Universidade de Lisboa aan de Rua da Escola Politécnica is, een tuin aan te leggen, is niet toevallig. Op de Monte Olivete zijn Jezuïeten dan al twee eeuwen bezig met botanische studie.
Ik heb ooit in een geweldige roman van Elizabeth Gilbert gelezen dat meereizende tuinliefhebbers op verre zeereizen er een sport van maakten om zoveel mogelijk exotische zaden en stekken mee naar het moederland te nemen om daar later te kunnen pronken met bijzondere exemplaren in hun tuinen bij paleizen en landhuizen. Het schijnt dat uitgedroogde organen van varkens uitermate geschikt waren om zaadjes tijdens zo’n lange zeereis in te bewaren. Zoek je nog een aardig boek voor deze zomer, lees dan van Elizabeth Gilbert The Signature of All Things ( in de Nederlandse vertaling Het hart van Alle Dingen) en laat je meevoeren door Alma Whittaker, die als negentiende eeuwse vrouw een voorliefde voor botanica had en de beperkingen, die er destijds voor vrouwen golden, slim wist te omzeilen.


De huidge tuin van de Jardim Botánico da Universidade de Lisboa is door een Franse en Duitse botanicus (Daveau en Goetze) ontworpen en wil vooral laten zien dat Portugal, na de gloriedagen van het tijdperk van de ontdekkingsreizen, in de negentiende eeuw nog steeds meetelt door de enorme diversiteit op het gebied van planten en bomen, die uit elke hoek van de wereld naar Lissabon worden verscheept, tentoon te stellen.

De initiatiefnemers van de tuin, Graaf de Ficalho en Andrade Corvo, hebben hun best gedaan om Portugal het gevoel van een grote koloniale natie, dat na de ontdekkingsreizen was weggezakt, terug te geven door Lissabon met deze tuin te verrijken.
Anno 2022 plukken we hier de vruchten van als we door de tuin wandelen en enorme bomen zien met bordjes waar bijvoorbeeld ‘ de Macronesia’ op staat. We moeten echt even op de wereldkaart opzoeken waar nou precies ‘Macronesia’ ligt (met Macronesië wordt het gebied bedoeld tussen de eilandengroepen die van de Azoren naar Cabo Verde gaan, het ligt dus ten westen van Noord – Afrika en niet ergens in de buurt van Indonesië, zoals we aanvankelijk dachten).








Kaartjes à raison van 3 euro koop je in de tuin van de Jardim Botánico da Universidade de Lisboa. Deze plek, een oase van rust in het hectische centrum, is ook uitermate geschikt om fijn in de schaduw een boek te lezen of om te mijmeren of knussen met je geliefde op een van de verscholen bankjes.
Je kunt natuurlijk ook nog naar het museum Museu Nacional de História Natural e da Ciência ernaast. Daar koop je aparte toegangskaarten voor.
Tip : in Portugal krijg je als 65-plusser flinke korting bij musea, parken en het openbaar vervoer! En hoe leuk is het als je zegt dat je ‘senior’ bent en ze je niet geloven en om je paspoort vragen? Het bij je dragen van een identiteitsbewijs is in Portugal trouwens verplicht.
Benfica tegen Newcastle

Tegen zevenen arriveren we bij het Benfica. We drentelen vrolijk met de stoet mensen mee richting de ingang. Hier en daar wat Engelse fans die goed herkenbaar zijn aan het shirt van Newcastle. De politie pikt die fans er meteen uit en leidt ze naar een kooi beneden bij de ingang. Onze plekken zijn drie hoog, naast het vak van de Engelse fans. Benfica- en Newcastlefans worden van elkaar gescheiden door glazen ruiten en een net. We grappen dat we mijn moeder als eerste inzetten als het knokken wordt.

Voordat de wedstrijd begint, wordt er altijd in het stadion een adelaar losgelaten. Dat is een magnifiek gezicht. De adelaar vliegt enkele rondjes terwijl het publiek uitzinnig klapt en met sjaaltjes zwaait. Het begin kan al niet meer stuk.
Benfica maakt gelukkig al snel een doelpunt. De Engelse fans kunnen dit maar matig waarderen en de eerste rookbom in hun vak is een feit. Verder komt de wietgeur goed onze kant op, maar dat mag de pret niet drukken.

Er vallen tijdens de wedstrijd 5 doelpunten. Bij de doelpunten van Newcastle is hoon ons deel (en hier en daar steekt een Engelse fan een middelvinger naar ons vak op). We vertellen mijn moeder maar dat ze naar ons zwaaien.
Benfica wint deze wedstrijd, in het kader van de Eusébiocup, door er, in een van de laatste minuten, 3-2 van te maken. De dag kan niet meer stuk en we nemen de verkeerschaos na de wedstrijd voor lief (de hele segunda circular – ringweg- loopt vast).
Opgetogen rijden we rond elf uur via de A-8 naar huis, om in Caldas da Rainha te constateren dat de McDonalds nog open is, maar tot teleurstelling van de hongerige achtjarige fan in ons midden na middernacht geen Happy Meal meer in het doosje serveert. Zelfs niet als je daar maar vijf minuten ná middernacht in je Benfica-outfit arriveert. Ze zijn daar vast van Sporting, Roosje!
Geen beeldverhaal van Zin in Portugal meer missen? Tik je e-mailadres bij de volgknop in en een volgende beeldverhaal verschijnt dan automatisch in je inbox. Fijn dat mijn stukjes gelezen worden en obrigada voor de leuke reacties!
Binnenkort een beeldverhaal over een kunstenaarsdorp en het dorp waar Gerrit Komrij een groot deel van zijn leven heeft doorgebracht. Até breve!

Weer met plezier gelezen.Lieve groetjes.
LikeLike