Tussen hier en daar

Entre cá e lá (tussen hier en daar)”, is een gevleugelde uitdrukking van mijn tante Tia als we vragen hoe het gaat. Meestal voegt ze er dan, triest kijkend, aan toe, “mais para lá do que para cá“. Meer daar (hemel) dan hier (aarde). Het leven is sinds de dood van haar geliefde echtgenoot in 2005 niet meer het leven waard.

Ik ken niemand die zo hartstochtelijk naar de dood verlangt en tegelijkertijd zo ontzettend aan het leven hangt. Ik ben dan ook verheugd om te melden dat mijn tante het Vagevuur (lees mijn vorige blogpost) én de maand januari heeft overleefd. Maar niet alleen mijn tante Tia is in januari beroerd geweest. Rocco, onze oude jongen uit het asiel, heeft een leuke poging ondernomen om ons de stuipen op het lijf te jagen door op een middag niet meer op te willen staan om vervolgens weer uit het (half)dode te herrijzen alsof er niets aan de hand is geweest. En mijn moeder heeft het in januari ook niet makkelijk gehad.

Ouderenmishandeling

Een dag na mijn tantes ontslag uit het ziekenhuis gaat het bijna weer mis. In het verzorgingshuis waar ze verblijft, wordt ze hevig verward en halfdood wakker. Eten en drinken, zelfs niet met een rietje, krijgen ze er niet in. Dus opnieuw de nationale gezondheidslijn, SNS, gebeld. Voordat je je in Portugal in het ziekenhuis mag melden, bepaalt een telefoniste of het ernstig genoeg is om met spoed naar een arts of ziekenhuis te gaan. Omdat tante Tia net de avond ervoor uit het ziekenhuis ontslagen is, wordt ze dit keer met spoed op de lijst bij haar huisarts in het gezondheidscentrum gezet. Een ambulance komt haar ophalen. Daar krijgt haar begeleidster uit het verzorgingstehuis de wind van voren. Hoe ze het in haar hoofd haalt deze zieke naar het gezondheidscentrum te brengen. De dienstdoende verpleegster stopt pas met zaniken als men haar het sms’je laat zien, waarop de SNS (Serviço Nacional de Saúde) aangeeft dat mijn tante Tia zich wel degelijk moest melden bij de plek waar ze netjes door de ambulance heengebracht is. Bij het inspecteren ontdekt een medewerkster in het gezondheidscentrum,die mijn tante nog nooit gezien,heeft een blauw-gele plek op haar arm. Dat is de plek waar, tot de avond ervoor, een infuus van het ziekenhuis in heeft gezeten. In combinatie met het uitgedroogde uiterlijk van mijn tante doen ze de vreselijke uitspraak dat de mensen, die haar zo liefdevol verzorgen, haar mishandelen. Ouderenmishandeling komt voor, maar goede genade, ze proberen vanuit het tehuis juist alles om mijn tante in leven te houden, dáárom hebben ze juist wéér aan de bel getrokken. Bovendien, ik kom uit een geslacht van tengere vrouwen. Ik kan me mijn oma én overgrootoma nog goed heugen, die hadden de laatste jaren ook nog maar weinig vlees op de botten. Hoe durven ze daar bij de balie in het gezondheidscentrum! Gelukkig overziet haar eigen huisarts snel hoe de vlag erbij hangt. Tante Tia krijgt andere antibiotica voor haar blaasontsteking en binnen een dag zit ze met smaak mandarijnenpartjes naar binnen te werken en krijg ik complimenten over de strik in mijn haar als ik haar bezoek.

Particulier gezondheidsssysteem

Maar dan. De ene oude dame is weer opgestaan, de andere, mijn moeder, ligt begin januari op apegapen. Ze kucht en wordt met de dag beroerder. Ik slaap dus de eerste week van januari bij haar. Op donderdag 4 januari vraagt ze zelf om een arts, want plassen wordt steeds pijnlijker en ze wordt met de dag verwarder. Mijn moeder zal niet snel om een dokter vragen, dus dit is ernstig. Maar wat doe je als je net met je tante hebt geconstateerd dat de staatsziekenhuizen overvol zijn en de eigen huisarts van mijn moeder pas 30 januari plek heeft? Dan zoek je je heil in het privégezondheidswezen. Tot mijn grote verrassing lukt dat snel. Op vrijdag 5 januari kan ik in Óbidos bij een privékliniek met mijn moeder naar een huisarts én op 6 januari zaterdag heb ik een afspraak bij een uroloog in Caldas da Rainha.

Ik heb ondertussen wel proefondervindelijk vastgesteld dat een urineweginfectie bij een oudere vrouw haar eigenwijsheid doet vertienvoudigen. Na een nacht met gespook, lig ik tegen achten op de zaterdagmorgen van Driekoningen (6 januari) nog uitgeteld in bed als ik de zieke voorbij zie stiefelen. “Zeg, wat ga jij doen?”, roep ik naar haar. “Ik ga er een gewone werkdag van maken en als ik half elf bij de uroloog moet zijn, moet ik vroeg beginnen”, zegt de patiënt die ondertussen al halverwege de trap is. En, wat denkt u? Heb ik haar op andere gedachten gekregen? Welnee! Ze gaat doodleuk haar eigen ontbijt klaarmaken, moppert over de vieze blauwe bessen die ik de laatste dagen door haar yoghurt heb gedaan. “Wat zijn die dingen vies”. Mijn argument dat ze héél gezond zijn wimpelt ze af met “dat is een kiwi ook”. Vervolgens probeert ze mij ervan te overtuigen dat ik hondenvoer door mijn eigen yoghurt heb gedaan. “Kijk maar, er staat een hond op de verpakking”. Nou, dit hondenvoer valt prima te eten.

We zijn maar wat blij als de beide oude dames langzaam weer opknappen. De een in het verzorgingstehuis en de andere thuis. Ik ben zeer te spreken over de huisarts in de privékliniek in Óbidos (consult kostte 50 euro) en ook over de uroloog bij een privégezondheidscentrum in Caldas (daar was het consult 70 euro), maar wrang is het wel. Met de medicatie die de uroloog voorschrijft (kosten 36 euro – antibiotica en voedingssupplement om eetlust op te wekken) is mijn moeder voor haar 84e verjaardag op 20 januari alweer redelijk haar oude zelf. Voor Nederlandse begrippen lijken deze uitgaven aan de medische stand een koopje, maar als je dit afzet tegen het minimumloon (820 euro) in Portugal dan voel je je uitverkoren dat je in staat bent 146 euro in twee dagen uit te geven.

De rest van januari verloopt verder rustig en het weer is geweldig.

84 is ze, mijn mama!

Mijn moeder viert op 20 januari haar vierentachtigste verjaardag en krijgt als verrassing (ook de mijne) een privéconcert van een Oekraïense operasopraan. Tijdens mijn boodschappenrondje op zaterdagmorgen 20 januari hoor ik in de Rua das Montras een vrouw zingen. Spontaan besluit ik haar te vragen om ’s middags voor mijn jarige mama te zingen én dat wil ze wel. Als we deze dame later googelen blijkt ze in 2018 in de finale van Portugal Got Talent te hebben gestaan en zelf heeft ze honderduit verteld of alle concertzalen in de Oekraïne waar ze heeft gezongen. Wat een eer dat ze wilde komen!

Mayya Rud in de Rua das Montras en later op de verjaardag. Voor wie in contact wil komen met deze sopraan, mail me gerust op zininportugal@gmail.com dan stuur ik je haar mobiele nummer.

Februari begint met bezoek aan politiebureau en een terugval

Tegen de tijd dat februari begint, zijn de druivenranken gesnoeid, hebben de boeren geprotesteerd (ik snap dat wel hoor: ik ken boeren die al twee jaar hun oogst hebben afgeleverd en nog geen rooie cent hebben gezien; já, u leest het goed) en krijgt mijn moeder een belletje van de politie met de mededeling dat ze op het politiebureau moet verschijnen. “Het is niets ernstigs, hoor”, zeggen ze erbij. Maar ze moet er wel om vijf uur vrijdagmiddag 2 februari zijn.

Om het luchtig te houden grappen we dat we beloven haar trouw in het cachot op te zoeken. Tot overmaat van ramp mag er niemand mee naar binnen als mijn moeder ondervraagd wordt. Na afloop vertelt ze dat de eerste vraag die ze kreeg was: “Wilt u een advocaat?”. “Heb ik die nodig dan? “, schijnt ze gezegd te hebben. Tjonge, jonge, zo jaag je een 84-jarige, die eigenlijk altijd met iemand ergens heengaat omdat ze bang is dat ze niet alles begrijpt, de stuipen op het lijf. Maar wat blijkt? Mijn moedertje kan zich prima redden! Trots vertelt ze na afloop dat ze weinig heeft losgelaten. In de eerste plaats omdat ze niets wist, maar als ze wel wat had geweten, had ze ook het achterste van haar tong niet laten zien. Want waar ging het om? Mijn moeder is naar het politiebureau gesommeerd om te getuigen. Er is in de straat eind december een ordinaire burenruzie geweest en een van de ruziemakers heeft mijn moeder doodleuk als getuige opgegeven. De grap is dat mijn moeder toen al ziek op bed lag én dat ik juist de getuige ben geweest. Ík ben die dag naar buiten gerend, omdat ik een hoop geschreeuw hoorde. Tot mijn gruwel heb ik twee dames gezien die met hun mobiel in hun hand al filmend hun eigen ruzie aan het opnemen waren. Ik heb ze gezien en gedacht “oh, het zijn die twee weer” en ben weer gauw naar binnen gegaan. Nu blijkt dat er geschopt is en dat de politie plus ambulance eraan te pas hebben moeten komen. Het is niet de eerste keer dat de buurt van mijn moeder wordt getrakteerd op een ordinaire schreeuwpartij. Al sinds de nieuwe eigenaren het kleine huisje hebben gekocht en de vrouw die daar woont er niet uitkrijgen, is het hommeles. Huurders genieten in Portugal goede huurbescherming. Deze buurvrouw woont al héél lang in dit huisje. Blijkbaar hebben de mensen die het huis hebben gekocht zich erop verkeken. Wat de situatie explosiever maakt, is dat het buitenlanders zijn. Russen die zeggen Oekraïens te zijn. Als Rus geniet je nu eenmaal minder sympathie en al helemaal niet als je dan een Portugese alleenstaande oude vrouw het huis uit probeert te treiteren door langzaam maar zeker steeds meer van haar leefruimte te beperken. Zo zijn ze in de tuin aan het verbouwen geslagen en is er op dat piepkleine stukje een tuinhuisje omgebouwd tot woonruimte, waardoor deze huurster nu steeds haar onwelwillende huisbaas door haar tuin heeft lopen. Aan het huis zelf wordt niets meer gedaan. Het raam op de eerste verdieping is al een poosje finaal kapot.

Voordat iedereen nu op de hand van de huurster is, toch even dit: er zijn mensen die een belachelijk laag bedrag aan huur betalen (enkele grijpstuivers). Ik vermoed dat dit het geval is, want deze mevrouw woont er al heel lang. Stel dat je ver in de vorige eeuw een huis hebt gehuurd voor een paar tientjes, dan is elke huurverhoging nog steeds peanuts. Een huiseigenaar gaat dan niet blijmoedig een raam repareren. Al helemaal niet als hij zélf in het pand wil wonen. Volgens mij zijn er maar een paar manieren om een huurder er eerder uit te krijgen. Ik meende dat het zo was dat je als huisbaas iemand je huis uit kunt krijgen als je zelf geen woonruimte hebt, maar helemaal zeker ben ik er niet van, want dan zouden de nieuwe eigenaren van het pand in de straat bij mijn moeder erin hebben kunnen trekken. Hoe dan ook: de huurster wil (kan!) haar huis niet uit, want ze heeft nauwelijks inkomsten en krijgt nergens meer een onderkomen voor hetzelfde bedrag. De huiseigenaar is woedend en de buurt wordt iedere keer opgeschrikt door knallende ruzies. Met een oproep voor mijn moeder om naar het politiebureau te komen als gevolg én een mooi verhaal om hier te vertellen.

En hoe gaat het met mijn tante Tia? Nou, die heeft dit weekend weer een poging ondernomen om van cá naar lá te gaan. Goddank weer mislukt. Ze is vrijdagmiddag met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht, heeft daar de nacht doorgebracht en is vandaag weer terug naar het tehuis gebracht, opgelapt maar nog niet opgeknapt.

Geen blogpost meer missen? Vul je e-mailadres in bij de volgknop dan verschijnt het volgende beeldverhaal in je inbox. Mijn volgende post gaat over Tomar. Dat verhaal staat al grotendeels klaar, maar wilde eerst even laten weten hoe het met de dames en Rocco gaat ;-).

Kennen jullie deze plek al? De ‘Cais palafítico da Barrosa‘ bij de Lagoa de Óbidos (niet ver van de zeilschool Escola da Vela da Lagoa in Nadadouro)?

Até breve!

3 reacties Voeg uw reactie toe

  1. Mimi Franken's avatar Mimi Franken schreef:

    leuk geschreven en heeeel herkenbaar dat van het ziekenhuis en verzorgingshuis. Ook het een en andere met m’n tante meegemaakt, helaas is ze inmiddels overleden.

    sterkte en hopelijk kun je nog lang van beiden, Tia e mãe, genieten

    Maria da Silva

    Like

  2. A Habets's avatar A Habets schreef:

    je hebt het er maar druk mee. heel veel sterkte voor allemaal. hoop maar dat het niet te lang gaat duren. hier heerst een griepepidemie en de huisartsen hebben het heel erg druk. de assistenten nemen al heel veel over.

    Like

  3. johan velthuizen's avatar johan velthuizen schreef:

    Leuk zeg dat je die zangeres hebt uitgenodigd voor de verjaardag van je moeder. Wat een stem zeg. Maar het is wel wat dat ze nu op straat staat te zingen om nog wat bij te verdienen. Met vriendelijke groet Johan Velthuizen. Wij ook nog eens bij jullie boerderij geweest met het oranje huisje met vrienden van ons Henk en Lied die dat gehuurd hadden. Een mooie plek daar.

    Like

Plaats een reactie